Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [10]De schilden [11]zijner helden [12]zijn rood gemaakt, de [13]kloeke mannen zijn [14]scharlakenvervig; [15]de wagens zijn in het vuur der fakkelen, ten dage als hij zich [16]bereidt; en de [17]spiesen [18]worden geschud. 10. In dit vers, en daarna, beschrijft de profeet de gestaltenis en krijgstoerusting dergenen, die met grote machtige heirlegers komen zouden tegen Nineve en de Assyriers, vijanden der Israelieten, om hen te bestrijden en te onderdrukken. 11. Te weten, van den vijand, die Nineve belegeren zou. 12. Van het bloed der omgebrachte mensen, of versta dit ook van de roodgeverfde kleedren, die velen, inzonderheid onder de krijgslieden der Meden, Perzen, Babyloniers, enz. droegen; zie Ezech.23:14. 13. Zie van dit woord kloek, Gen.47:6, en Ex.18:21. 14. Of, karmozijnd. 15. Dat is, hunne wagens varen zo snel en met zulk geweld voort, dat zij over de stenen lopende, vonken vuur geven, waarvan vers 4 breder; en versta hier de legerwagens, die ten strijde bereid waren, in of op welke krijgslieden zaten, daaruit vechtende; zie Joz.17:16, en 2 Sam.10:18. 16. Te weten, ten strijde. 17. Hebr. de dennebomen. De zin is, gemaakt zijn. Anderen nemen het in dezen zin: Die wagens lopen zo snellijk en met zulk een geweld voort, dat het woud en de bomen, die daarin staan, schudden en beven. 18. Of, worden gedrild.